Sheltie

De sheltie is een langharige cavia, waarbij echter op de snuit het haar niet langer is. Het dier heeft daardoor in zijn dagelijkse bezigheden zeker geen last van die beharing. Shelties zijn al tientallen jaren bekend en zijn in heel veel kleuren te vinden.

Foto (c) Cobaye kleindierfotografie

 

 

De standaard

Voor type, bouw, kop, ogen en oren, kleur, kleurverdeling en conditie geldt voor de sheltie dezelfde standaard als de gladhaar.
Wat uiteraard verschilt is:

De beharing
De lange glanzende beharing voelt zijdeachtig aan en is stevig. Bij het ouder worden gaat het haar in kwaliteit achteruit en gaat het minder glanzen. De beharing dient vrij te zijn van klitten en kale plekken, ook als deze wel worden gedekt door het overige haar. Lengte en zachtheid gaan niet altijd samen. De snorharen zijn recht.

Kop-, lichaamsbeharing en sleep
De sheltie heeft geen pony maar het haar groeit naar achteren toe. De snuit zelf heeft een normale beharing. De baarden worden gevormd door langere beharing op de wangen en langs de kaakranden. De lange kopbeharing begint tussen de ogen en oren en dient aan te sluiten op de baarden. Door een lichte scheiding op de rug hangen de schouder- en zijdebeharing als manen langs de flanken af. Een goede kopbeharing maskeert deze scheiding. Op de achterhand valt de sleep waaiervormig uiteen en vormt een vloeiend geheel met de beharing van de flanken of langer.

Beharing lengte en structuur
Een fraai tentoonstellingsdier heeft een lichaamsbeharing en sleep van 20 á 25 cm. Is op de gehele flanken van gelijke lengte. De lange beharing is dicht ingeplant en stevig en veerkrachtig van structuur. Bepalend is niet de lengte maar de dichtheid van de haarinplanting en structuur, deze verhogen de waarde.

 

 

Lichte fouten

 

Iets dunne haarinplant. Iets onregelmatige lengte van beharing. Iets slappe beharing. Iets harde beharing. Iets weinig glans. Iets klitvorming. Iets weinig baardvorming. Iets afwijkende aansluiting van de kopbeharing op de baarden. Iets smalle sleep.

 

 

Zware fouten

 

Te dunne haarinplant. Te slappe beharing. Te stugge of harde beharing. Te weinig glans. Te veel klitten. Het ontbreken van baarden.  Te smalle sleep. Zeer onregelmatige lengte van de beharing op flanken en sleep. Haarlengte van de lichaamsbeharing en/of sleep korter dan 12 cm. bij volwassen dieren.

 

 

Kleuren

 

Erkend in Nederland zijn alle kleuren, tekeningen en uitmonsteringen die ook bij gladharen erkend zijn, zie daar voor een opsomming.

 

 

Erkenningen

 

De sheltie is erkend in Nederland, België, Duitsland en Europa.

 

 

Genetica

 

Een sheltie is ll rr, er zijn dus twee recessieve genen nodig om een sheltie te vormen.
Even per gen uitgelegd! Het gen L is, als het dominant is, de onderdrukker van lang haar. Bij ll heb je dus geen enkele onderdrukking en is het haar lang. Het grappige is dat bij dieren die kruisingen van een lange en kort behaarde ouder zijn, dus Ll, absoluut niet te voorspellen is hoe lang hun haar wordt, en ook niet of die langere beharing regelmatig over hun hele lichaam zal zitten. Soms zie je amper verschil met een gladhaar, soms heeft het dier enkel een klein sleepje op een verder kortharig lichaam, soms is het dier over het hele lijf gelijkmatig lang maar haalt gewoon nooit de volle lengte.

Ook als een sheltie generaties ervoor één enkele gladhaar voorouder heeft, kan dat generaties lang korter haar geven. Er speelt dus vermoedelijk méér mee dan één enkel gen bij langharigheid, maar zoals bij wel meer genen wordt ook het l-gen voorgesteld als een versimpeling van de realiteit.
 

En dan hebben we het gen rr. Het gen R is, als het dominant is, de vormer van rozetten. Omdat de sheltie geen kruinen op het lijf heeft, zoals bv. de peruvian, moet het vormen van rozetten dus niet gebeuren, en daar is rr voor nodig.

 

 

Overige informatie

Langharige rassen vragen wat meer vachtverzorging dan kortharige rassen. Wie niet naar shows gaat, kan de haren uiteraard bijknippen, en hoeft dan enkel nog af en toe te borstelen tegen klitten. Bij showdieren echter moeten de haren zo lang mogelijk worden. Showfokkers houden de haren van shelties dan in wikkels of papillotten, een –meestal- papieren wikkel waarin de haren worden opgebonden zodat ze niet kunnen klitten of vies worden. Die wikkels moeten elke paar dagen opnieuw worden uitgehaald, de haren uitgekamd en weer opnieuw ingewikkeld. Omdat showcavia’s hiervoor wel goed moeten stil zitten, zullen de rustigste dieren uiteraard het beste resultaat geven.

Zo is als het ware een natuurlijke selectie ontstaan: hoe rustiger en liever het dier, hoe beter de vacht verzorgd kan worden. Hoe beter de vacht verzorgd kan worden, hoe beter het showresultaat. En omdat fokkers uiteraard graag fokken met dieren die de beste showresultaten behaald hebben, wordt op die manier net wat meer gefokt met lievere en rustigere dieren. Door de jaren heen zijn alle langharige caviarassen daardoor eigenlijk ‘vanzelf’ geselecteerd op een goed karakter. Het zijn dan ook uitstekende huisdieren!

 

 

Foto's